Sint Maarten feest 11 November

Maarten of Martinus was een Romeins soldaat die volgens de legende zijn krijgsmantel met zijn zwaard in tweeën sneed om zo een halfnaakte bedelaar te helpen. Op latere leeftijd heeft hij enkele kloosters gesticht en was hij bisschop van Tours. Hij overleed in 397 na nul en werd op 11 November begraven, wat sinds zijn heiligverklaring in de vijfde eeuw zijn officiële gedenktdag is. Het Sint Maarten feest werd een straatfeest en was in de middeleeuwen populairder dan het Sint Nicolaas feest.
Het feest rond Sint Maarten heeft alle kenmerken in zich van het oude Winterfeest Samhain. Zo begon en eindige voor boeren vroeger hun jaarcyclus (oud & nieuw) met Sint Maarten op 11 November (zie: Feestdagen Dec.blz.15), zoals ook tijdens Samhain het nieuwe jaar begon en het oude jaar afgesloten werd (zie: Geschiedenis). Tussen Samhain en het midwinterfeest hadden de geesten van de overledenen makkelijker toegang tot deze wereld en kon men hen soms in hun wilde jacht onder begeleiding van Wodan op zijn witte paard waarnemen, waarbij ze geschenken en de landbouwgrond vruchtbaarder achterlieten. Sint Maarten reed net als Sint Nicolaas en Wodan op een wit paard. Zowel de overleden voorouders als de overleden heiligen lieten geschenken achter. Sint Maarten gaf de helft van zijn mantel weg. In Utrecht en Holland had men de zogenaamde "schuddekorfsdag" waarbij de armen met een mandje langs de deuren gingen om dat vol te laten gooien met munten of brood. Kinderen gingen ook langs de deur om kastanjes, noten, appelen en mispels op te halen die dan boven een vuur werden geroosterd. Volwassenen maakten een rondgang met fakkels door de velden, de kleintjes maakten een rondgang met een lampion, uitgeholde wortel, koolraap of voederbiet met een lichtje erin. Later werden vooral pompoenen en kalebassen hiervoor gebruikt. Het feest van Sint-Maarten is deel van een reeks Lichtfeesten tijdens de donkere periode van het jaar. Men verzamelde overal in Nederland hout voor een Maartensvuur dat wanneer het donker was geworden op de pleinen werd aangestoken. Men danste rond het vuur en later op de avond sprong men ook over het vuur.

Sint Maarten´s Oogstfeest

Sint Maarten is ook patroon van de wijnbouwers mede omdat zijn feest samenvalt met het eind van de wijnoogst. Met Sint Maarten werd de nieuwe wijn geproeft, een toost werd de Maartensdronk of Maartensminne genoemd. De wijn zou door Sint Maarten zelf gezegend zijn en bijzondere kwaliteiten hebben. Men zong dan één van de vele Sint Maartensliederen:

Sint Martijn, Sint Martijn
t´ Avond most en morgen wijn


In het zuiden van Nederland en ook in Noord- en Zuid Holland kende men de Sint-Maartensdronk. De nieuwe wijnvaten werden geopend en men dronk de jonge wijn. Een veroordening uit 1413 te Utrecht meld dat wie zich aan enig verzuim schuldig had gemaakt geen wijn zou krijgen tijdens Sint-Maarten. In de tweede helft van de 15de eeuw beschouwden velen het als een schande om op het Sint Maartensfeest niet dronken te zijn...   (zie Nederlandse Jaarfeesten, blz.192)

Sint Maarten´s Slachtfeest

Het Sint Maarten feest werd gevierd wanneer alle oogsten binnen waren. Omdat al het werk achter de rug was kon men zich nu een flink feest veroorloven. Lange tijd vonden de zogenaamde slachtfeesten plaats. Het was de gewoonte dan flink te eten, want een volle buik voorspelde niets dan goeds voor de oogst van het komende jaar. Een van de specialiteiten was gans die rond Sint Maarten slachtrijp was en waarmee Sint Maarten vaak afgebeeld werd. Met het borstbeen van de gans voorspelde men de winter: een bruin borstbeen voorspelde een strenge winter, een wit borstbeen een zachte winter. Aan de kleur en de vorm van het borstbeen kon men afleiden hoe het komende jaar zou kunnen gaan verlopen. Dit gebruik is overgenomen van de oude Kelten en Germanen die vanouds rond deze tijd gansen offerden en aten en voorspellingen deden met het borstbeen. Ook aan de botjes en veertjes werden magische krachten toegeschreven.

Sint Maarten´s Lichtfeest

Aan het eind van de 18de eeuw werden er nog in alle grote steden Sint Maartensvuren ontstoken. Er werd rond het vuur gedanst en feestgevierd. Ook liep men met brandende fakkels een ommegang door de velden. Kinderen liepen mee in een Sint-Maartensstoet met een lampion, uitgeholde wortel, koolraap of voederbiet met een lichtje erin. Later werden vooral pompoenen en kalabassen gebruikt. Jongeren gingen op de avond van 11 november met brandende fakkels langs de huizen, ze sloegen op deuren en luiken om zo turf, hout en ander brandbaar materiaal op te halen. Ook kregen ze appels, mispels, noten of kleingeld. Dat ging vaak gepaard met vernielingen en vechtpartijen, zoals te lezen in de bericht uit 1443 te Dordrecht:

´So die jonghe boefkens op St.Maartensavond lestleden veel onredelijkheden bedreven mit groote vuren te branden op de straten, daartoe der luiden banken, deuren ende vensteren ende houten, die zij afbraken ende krijgen konden, ende verbranden ze, ende deden de luiden schade´.

Het lichtjesfeest van Sint Maarten was dus ook een vuurfeest zoals Samhain dat was. Een heel verschil met het kinderfeest dat het vandaag de dag is.
Tot voor kort vierden de jongeren van de Twentse plaats Ootmarsum op dezelfde wijze Sint-Maarten doch zonder vernielingen zoals in het middeleeuwse Dordrecht. Daarbij zongen ze tijdens het verzamelen van het brandbare materiaal:

´Sinte-Maarten is zo koud,
Geeft een stukkien turf of hout!´.



(zie: Nederlandse Jaarfeesten, blz.193)

Het verzamelen van brandbaar materiaal begon al enige weken voor Sint-Maarten. De brandstapels werden goed bewaakt zodat concurenten van nabij gelegen dorpen of wijken niets konden stelen. Op de avond van 11 november kwam iedereen dan samen op een centraal gelegen plein of weide om een groot Sint-Maartensvuur te ontsteken. De verzamelde appels, kastanjes, noten en mispels die ze opgehaald hadden, werden in een korf gedaan en boven het Sint-Maartensvuur gehangen. Men danste dan zingend rond het vuur totdat de bodem van de korf vlam vatte. Dan werd er met alle macht aan de korf geschud, zodat de inmiddels gepofte vruchten midden tussen de joelende en graaiende menigte terechtkwamen. De benaming Sint-Maartens Schuddekorfsdag is al bekend uit de dertiende eeuw. Vanaf de negentiende eeuw wordt er echter geen melding meer van gemaakt. Op sommige plaatsen in Friesland, zoals in Bolsward, ontstak men tot in 2003 nog steeds Sint-Maartensvuren. (zie: Nederlandse Jaarfeesten, blz.194)

Sint Maarten

Het oude Sint Maarten feest bevatte zoals we gezien hebben praktisch alle ellementen van het oude Samhain feest. Het Sint Maarten feest lijkt weer in populariteit toe te nemen, ook wordt vaak het Halloween feest rond Sint Maarten gevierd, wat dus helemaal zo gek nog niet is.

Bronnen: 
- Feesten over de hele Wereld, blz.70
- De Acht Jaarfeesten, blz.48-49
- Feestdagen in December, blz.13-18
- Nederlandse Jaarfeesten, blz.189-213

Martin Roek